Het ontbijt is hier ook in
buffetvorm, maar er verblijven hier veel meer Aziaten (dit is een beroemd
dorpje) dus er zijn héél vreemde dingen bij het buffet, maar gelukkig ook
geroosterd brood, eitjes, vers fruit enz.. Er lopen aardig wat boerka’s rond
hier, dat hebben we nog nergens anders gezien. Wat een getob, ontbijten in
boerka! Steeds dat flapje omhoog, eten er onderdoor....
Na het ontbijt besloten we
eerst maar eens een thee-plantage te bezoeken, want volgens de manager van ons
hotel moet je daar in de ochtend heen gaan om het proces helemaal te kunnen
zien. We reden een paar kilometer naar het noorden en zagen de afslag naar de
BOH (Best Of Highlands) plantage. Hopla weggetje ingereden. WeggeTJE ja, het
was één bochtenpartij, net breed genoeg voor één auto dus we hoopten maar op
weinig tegenliggers. Ongelooflijk, een toeristische attractie die zó slecht
bereikbaar is, niet de eerste keer hier in Maleisie!
Het uitzicht onderweg was
prachtig, allemaal theevelden. De theeblaadjes groeien aan lage struikjes die
heel plat zijn aan de bovenkant, ongeveer 50-80 cm hoog. Elke drie weken worden
de jonge groene blaadjes eraf geplukt. Soms met de hand en bij geavanceerdere
bedrijven met machines. Een handplukker plukt ongeveer 25 kg per dag.
Als de theeblaadjes geplukt zijn, worden ze eerst gemalen om de aroma’s vrij te maken. Daarna wordt er gefermenteerd. Hiervan krijgen de bladeren de karakteristieke bruine kleur (let op: groene thee is dus niet gefermenteerd!). Na de fermentatie (die maar anderhalf tot 2 uur duurt) worden de bladeren gedroogd door er 100 graden lucht doorheen te blazen. Als laatste worden ze gesorteerd op grootte en verpakt.
In het fabriekje wat we mochten bekijken gebeurt nog heel veel met de hand. Er staan machines voor het malen, drogen en fermenteren maar het laden en ontladen gebeurt handmatig, veel schepwerk dus!
En alles wat naast een machine op de grond belandt wordt er ook weer vrolijk in geschept!
Na het bezichtigen van de
fabriek hebben we uiteraard even thee gedronken in het bijbehorende
restaurantje met uitzicht op de theevelden.
De kaart die we hebben
gekregen van dit gebied is niet al te duidelijk en al gauw reden we wel op een
héél smal weggetje, gauw omkeren en de volgende afslag proberen.
Jemig, dit was nog smaller
en steiler dan het weggetje naar de theefabriek, maar we kwamen uiteindelijk
wel boven op de berg (2000 m) bij Mossy Forest aan.
Dit is een bosgebied van
200.000 jaar oud waar allemaal bomen groeien die met mos zijn bedekt. Dat geeft
een heel spookachtig effect. Er lopen steile trappen met steigers doorheen,
maar je kunt ook stukjes over de bemoste bomen heen lopen, beetje griezelig
want de bodem is daar heel zacht en glad.
Het is echt een bijzonder stukje natuur; zodra je in die bomen terechtkwam voelde je het kouder en vochtiger worden, terwijl het beneden in het dal echt superwarm was.
De steigers waren ook glad dus het was nog oppassen.
We hebben een uurtje gelopen
door die spookbos en bij gebrek aan iemand die een familiefoto kon maken hebben
we eerst selfies geprobeerd (faal!) en daarna de zelfontspanner (faal2).
Weer in het dorp zagen we een
bord met Bee Farm, dus weer gestopt en uitgestapt om bijen te bewonderen. Farm
is wel een beetje een groot woord hoor, jemig, een heleboel zelfgetimmerde
houten kastjes in een tuin met mooie bloemen en een enorme winkel vol met
kitscherige souveniers.
Naast de Bee Farm zit de
vlindertuin, misschien is dat beter? Het is wederom een soort enorm krot van
een kas maar, toegegeven, er zitten echt práchtige vlinders. Veel, groot en
mooi. Ze zaten rustig op bloemen en lieten zich netjes fotograferen, goed opgevoed!
Nico filmt, dus die was juist ook zoek naar vliegende exemplaren, maar die
waren ook te vinden, dus iedereen tevreden. Naast de vele vlinders zijn er in
deze tuin ook dieren te bewonderen; enge slangen, vieze grote torren,
schildpadden (die hadden zelfs vlinders op hun rug zitten) en schorpioenen.
Brrr, zolang het allemaal achter glas zit is het prima.
Tijd voor de lunch! Hier in
dit dorp, Brinchang, is het een ongelooflijke chaos, echt een Aziatisch
vakantie-oord, zoveel mogelijk doorelkaar, geen enkele structuur. We werden
maar even gered door de KFC, lekker patatjes en kipburgers zitten eten.
Nou ja, echt standaard KFC
is het niet hoor, hier in Azie extra spicy, daar zijn wij Europeanen niet voor
gemaakt!
We hadden wel een tropische
regenbui gemist tijdens de lunch, dus dat kwam prima uit. We wilden nog een
andere theeplantage bezichtigen. Het uitzicht op die velden met theeplanten is
echt prachtig, dus we reden naar de Cameron Highlands Tea Plantation een paar
km naar het zuiden.
Eerst even een kopje thee op
het terras. Manon had chocoladethee (ja dat bestaat hier), Linda perzik
(mierzoet), Nico lemon grass (redelijk normaal) en ik de huisthee (gewone thee,
maar bijzonder lekker natuurlijk omdat hij hier vandaan komt, haha). De
plantage bleek nog een paar honderd meter verderop te zijn dus we reden nog een
stukje door.
Toen we uitstapten hoorde
Manon ssssssss en keek ze even goed naar de voorband. Ja hoor, lekke band!
Wel een uitstekende timing
trouwens, want we stonden keurig op een parkeerplaats en hadden de ruimte om de
band te verwisselen, maar hoe?
Boekje gezocht, krik gevonden, band gevonden. Er kwamen wat aardige Maleisiers helpen om te band tevoorschijn te toveren en na een half uurtje was alles weer geregeld. Pffft, wat een mazzel dat we dit niet langs de bochtige bergweggetjes hoefden te doen!!!
Boekje gezocht, krik gevonden, band gevonden. Er kwamen wat aardige Maleisiers helpen om te band tevoorschijn te toveren en na een half uurtje was alles weer geregeld. Pffft, wat een mazzel dat we dit niet langs de bochtige bergweggetjes hoefden te doen!!!
Nog even de plantage
bekeken, maar hier mocht je niet de fabriek in. Wel even gezien hoe de zakken
met thee geladen en weer gelost werden, we hadden veel bekijks van de
werknemers van de fabriek, hier komen niet veel toeristen!
Als laatste agendapunt van
vandaag de Robinson waterval. Deze ligt 15 minuten wandelen vanaf een
groezelige parkeerplaats.
We liepen het binnen 10
minuten, snelheidsduivels als wij zijn.
Er kwam een enorme hoeveelheid water naar beneden, geen idee waar al dat water hier in vredesnaam vandaan kan komen. Ergens hebben we gelezen dat het hier 260 cm per jaar regent, maar verzamelt dat water dan?
Er kwam een enorme hoeveelheid water naar beneden, geen idee waar al dat water hier in vredesnaam vandaan kan komen. Ergens hebben we gelezen dat het hier 260 cm per jaar regent, maar verzamelt dat water dan?
Het water was erg modderig
dus het was niet zo’n heel mooi plaatje, maar ach, toch weer even meegepakt!
We hebben gedineerd naar ons hotel, daar was een steamboat-restaurant. Dat is geen boot, maar ze serveren stoomboot. In Nederland noemen we dat chinees fondue.
We hebben gedineerd naar ons hotel, daar was een steamboat-restaurant. Dat is geen boot, maar ze serveren stoomboot. In Nederland noemen we dat chinees fondue.
Morgen rijden we naar
Penang, een eiland voor de kust (verbonden met een brug). Onderweg bezoeken we
hopelijk een oerang oetang opvang, tip van Nederlanders die we hier steeds
tegen het lijf lopen.
Op Penang blijven we 2
nachten in een beach resort!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten